Een videoinstallatie die het hiernamaals van haar en zijn ecologische verstrengelingen onderzoekt, vergezeld van een reeks workshops waarin deelnemers worden uitgenodigd om gerecycled haar uit Eindhovense kapsalons om te vormen tot haartapijten.
De verstrengeling
Het lijkt misschien eenvoudig om haar in de vuilnisbak te gooien, maar het verdwijnt niet zomaar. Haar doet er jaren over om af te breken; de langdurige aanwezigheid ervan op stortplaatsen en in afvalstromen neemt veel ruimte in beslag. Afspoeling van deze stortplaatsen kan geleidelijk de stikstofniveaus in waterlichamen verhogen. Chemicaliën in haarverzorgingsproducten kunnen koraalriffen beschadigen, en menselijk haar dat met bleek of andere chemicaliën is behandeld kan deze stoffen tijdens het afbraakproces vrijgeven. Weggegooid menselijk haar in stedelijke omgevingen wordt bovendien verdacht een belangrijke oorzaak te zijn van voetschade bij duiven.
Wat wordt als ‘aanraakbaar’ beschouwd?
Dit project bouwt voort op Denise Ferreira da Silva’s concept van scheidbaarheid en reflecteert op hoe stedelijke afvalsystemen een scheiding afdwingen tussen levend en niet-levend, menselijk en niet-menselijk, en hoe deze kunstmatige scheidingen emotionele afstand tot weggegooide materialen versterken. Door afval, zoals menselijk haar, als afzonderlijk en irrelevant te behandelen, worden de onderlinge verwevenheden tussen organismen, ecosystemen en menselijke activiteiten over het hoofd gezien. Hoe dicteert stedelijke infrastructuur wat als ‘aanraakbaar’ en ‘betrokken’ wordt beschouwd, en wat op afstand wordt gehouden of genegeerd? Met welke materialen worden we aangemoedigd emotionele verbindingen te vormen, en welke worden we geconditioneerd te beschouwen als irrelevant en weg te gooien?